Dinsdag 9 november | 2021

Uitstroomonderzoek: Relatief weinig medewerkers verlaten sector Zorg en Welzijn

Het percentage medewerkers dat de sector Zorg en Welzijn verlaat is lager dan in de meeste andere sectoren. Dit blijkt uit nieuwe cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft gepubliceerd.

Van de medewerkers in Zorg en Welzijn verliet 9% het afgelopen jaar de sector. Dit percentage is het laagste van de afgelopen jaren, passend in een heel licht dalende trend. In alle sectoren samen verliet in diezelfde periode gemiddeld 18,3 % van de medewerkers de sector waarin ze werkzaam waren. Binnen de sector Zorg en Welzijn is sprake van een aanzienlijke mobiliteit.

Het vorige week verschenen uitstroomonderzoek van RegioPlus laat zien dat het grootste gedeelte (78%) van de cliëntgebonden werknemers in Zorg en Welzijn die hun werkgever verlaten, daarna wel in de sector blijft werken. De top 5 genoemde vertrekredenen van vóór de coronapandemie blijft ook de top 5 van vertrekredenen tijdens de crisis. Het gebrek aan loopbaanmogelijkheden wordt door bijna 1 op 5 (19,8 %) vertrekkende medewerkers genoemd als reden, net als te weinig uitdaging in de werkzaamheden (18,6%).

Van de cliëntgebonden medewerkers in Zorg en Welzijn die wisselen van baan doet 64% dat in de eerste 5 jaar van hun dienstverband, zo blijkt uit het uitstroomonderzoek. Slechts 11% van de baanwisselaars heeft in totaal minder dan 2 jaar werkervaring in de sector Zorg en Welzijn en 50% heeft meer dan 10 jaar werkervaring.

Beter communiceren en luisteren
De top 5 genoemde vertrekredenen van vóór de coronapandemie blijft ook de top 5 van vertrekredenen tijdens de crisis. Het gebrek aan loopbaanmogelijkheden wordt door bijna 1 op 5 (19,8 %) vertrekkende medewerkers genoemd als reden, net als te weinig uitdaging in de werkzaamheden (18,6%). Uit de cijfers van 2020 bleek dat de uitstroom van personeel dat daadwerkelijk de sector Zorg en Welzijn verlaat, lager ligt voor het cliëntgebonden personeel dan voor niet-cliëntgebonden medewerkers. Van de vertrekkende verpleegkundigen bleef bijvoorbeeld ruim 85% actief binnen de sector. Beter communiceren en luisteren door direct leidinggevenden blijft het belangrijkste advies aan organisaties om personeel te behouden.

Het totaal aantal gemelde openstaande vacatures (2.527) steeg ten opzichte van het najaar van 2020 (2.065) en is daarmee nagenoeg gelijk aan het aantal openstaande vacatures in het voorjaar van 2020 (2.403). Dit geldt ook voor de vacaturegraad. Deze daalde van 2,4 in het voorjaar 2020 naar 2,2 in het najaar en steeg in 2021 weer naar 2,5. Echter, het aandeel moeilijk vervulbare vacatures blijft verder dalen. Waar in het voorjaar van 2020 60% van de vacatures lang onvervuld bleven (> 3 maanden) was dat nu minder het geval (48%). Flevoland is de enige regio waar een stijging is te zien in het percentage moeilijk vervulbare vacatures (43% naar 56%).

In het voorjaar van 2021 is met name een daling te zien in het percentage moeilijk vervulbare vacatures in de sector ziekenhuizen en VVT. Waar in het voorjaar 2020 65% van de vacatures in het ziekenhuis moeilijk vervulbaar is, gaat dit nu om 40%. De vacaturegraad in de sector ziekenhuizen is echter verdubbeld (van 1,1 naar 2,2). Dit betekent dat per 100 medewerkers meer vacatures openstaan, dan in het voorjaar van 2020.

Het percentage moeilijk vervulbare vacatures in de VVT is gedaald van 64% naar 57%.  Mogelijke verklaring is dat organisaties vacatures op andere manieren vervullen door de huidige context van Covid-19.

samen Voor Betere Zorg

Opvallend is dat in de regio’s buiten het werkgebied van samen Voor Betere Zorg, waarin deze vacaturepeiling wordt
gehouden, meldden organisaties over het algemeen meer vacatures dan in het voorjaar 2020. In deze
regio is echter een daling te zien. De vacaturegraad stijgt daarentegen wel. Met name in de GGZ is een
sterke stijging te zien in de vacaturegraad ten opzichte van het voorjaar 2020. Vergelijkbaar met de
andere regio’s neemt het percentage moeilijk vervulbare vacatures af. Dit geldt vooral voor de sector GGZ
waar een daling is te zien van 56% naar 28%. 

Effect coronacrisis per sector: grote verschillen

De impact van de coronacrisis is niet op alle sectoren en in alle regio’s even groot. Dat blijkt uit analyses door het UWV. Vanuit de zorgsector is er nog steeds veel vraag. Een groot aantal beroepen staat in de lijst kansrijke beroepen door het UWV.